Ik weet het nog goed: wij vierden op 19 juni de voorjaarsdag NWG 2010 bij de afdeling Nijmegen in een onbestemd gebouw aan de Waal.
Er was landelijk sprake geweest van bestuurlijke perikelen waarover ik nu geen oude koeien uit de Waal zal tillen. Dit cumuleerde in de weken voorafgaand in de vraag of ik de nieuwe voorzitter wilde worden. Na wat geruststellende antwoorden over nieuwe collega bestuurders en over hoofdpunten van nieuw beleid, stemde ik toe. De besluitvorming verliep in een wolk van opluchting.
Het waren zeker in het begin bestuurlijk gesproken zware jaren. Weliswaar steeg het imago van wijn in Nederland naar record hoogten, maar de onwaarschijnlijk gestegen welvaart resulteerde ook in een ongekende verwendheid. Wijn was aantrekkelijk maar kon op iedere hoek van de straat vaak gratis genoten worden. En het verenigingsleven kreeg harde klappen door zijn truttig geworden imago en de harde carrière-eisen die aan jonge mensen met jonge gezinnen werden gesteld. Vergrijzing en ontvolking moest met nieuwe beleidsplannen worden tegemoet getreden en dat viel niet mee. Veel afdelingen (Amsterdam, Rotterdam, Maastricht, Den Haag) gaven de pijp aan Maarten of hadden dat reeds gedaan. Ook de telkens weer oplaaiende discussies over geld en de toegevoegde waarde van het landelijk niveau waren niet altijd motiverend.
Maar er is vandaag ook veel goeds te melden. Er is weer meer belangstelling voor het NWG o.a resulterend in de heroprichting van Amsterdam en Maastricht. De Statuten zijn gemoderniseerd en beleidsmatig zijn wij weer up to date met landelijke ontwikkelingen. Onze PR is verjongd en verbeterd en de opzet van landelijke en plaatselijke activiteiten is succesvol en geeft structuur aan ons verenigingsleven. En aan onze wervingskracht.
Wat mijzelf betreft: ik heb het bestuurlijke werk binnen het NWG nu 15 jaar met liefde en inzet gedaan. Eerst 4 jaar secretaris van de afdeling Utrecht en nu 11 jaar landelijk voorzitter. En dat naast veel zware bestuurlijke banen in mijn professionele leven en veel andere bestuurlijke activiteiten. Ik ben recent 70 geworden en heb mijzelf bij die gelegenheid verleid met de gedachte: het is genoeg, het was voldoende en ik heb behoefte aan rust.
Tenslotte: ik zal nog lang lid van deze heerlijke vereniging blijven en uitzien (ook in 2022) naar de verdere bloei van de gedachte dat wijn een nuttige en prettige ingang is en blijft voor betekenisvolle contacten met gelijkgestemde zielen.
Ronald van den Heuvel